2012/01/09 Anwar vrijuit in Maleisische sodomie-zaak
De Maleisische oppositieleider en voormalige vice-premier Anwar Ibrahim is vandaag (maandag) vrijgesproken in een proces, waarin hij werd beschuldigd van sodomie. Volgens rechter Zabidin Mohamad Diah was het DNA-bewijs dat was aangevoerd te onbetrouwbaar om de politicus erop te veroordelen.
Justitie stelde dat Anwar een seksuele relatie heeft gehad met een mannelijke assistent. Homoseksualiteit is verboden in Maleisië en de 64-jarige Anwar had 20 jaar gevangenisstraf kunnen krijgen bij een veroordeling. Anwar heeft de beschuldigingen aan zijn adres altijd ontkend en stelde het slachtoffer te zijn van een politieke samenzwering.
Anwar reageerde opgetogen op de uitspraak, die het einde markeerde van een twee jaar durend proces. Hij zei dat het recht heeft gezegevierd en bezwoer dat hij de zittende regering zal verslaan tijdens verkiezingen, die mogelijk later dit jaar plaats zullen hebben.
Duizenden aanhangers van Anwar hadden zich maandag bij de rechtbank in Kuala Lumpur verzameld om hun idool een hart onder de riem te steken. Ze reageerden uitgelaten op het vonnis van de rechter.
Anwar was van 1993 tot 1998 vicepremier van het overwegend islamitische Maleisië. Hij werd toen ontslagen en in 1999 veroordeeld tot negen jaar cel wegens sodomie ('onnatuurlijk' seksueel gedrag). Het hooggerechtshof verklaarde de aanklacht ongegrond waarna hij in 2004 op vrije voeten kwam, maar Anwar werd later opnieuw gearresteerd voor een soortgelijk strafbaar feit.