2010/08/02 Anwar wil einde rechtszaak wegens affaire aanklaagster
De Maleisische oppositieleider Anwar Ibrahim heeft de rechtbank verzocht de sodomie-aanklacht tegen hem in te trekken, omdat een openbaar aanklaagster een verhouding zou hebben gehad met de hoofdgetuige. Dat berichtte de BBC maandag.
De jonge aanklaagster is inmiddels van de zaak gehaald, maar volgens Anwar is de vermeende affaire het bewijs dat er een samenzwering tegen hem gaande is. Anwar wordt ervan beschuldigd in 2008 seks te hebben gehad met een voormalige mannelijke assistent, Saiful Bukhari Azlan. Hij ontkent de volgens hem politiek gemotiveerde aanklacht met klem.
De aanklaagster werd van de zaak gehaald, nadat op een toonaangevend politiek blog werd gerept van een relatie tussen haar en Saiful. Het Openbaar Ministerie haalde haar van de zaak, hoewel er volgens het OM geen bewijs was dat de twee een relatie hadden. Maar de stap zou de geloofwaardigheid van het proces beschermen. Volgens justitie had de jonge aanklaagster geen toegang tot belangrijke documenten in de zaak. Daarom zou er geen gevaar zijn voor verstoring van een eerlijke rechtsgang.
Saiful en de vrouw hebben allebei niet gereageerd op de beschuldigingen. Homoseksuele handelingen zijn illegaal in het overwegend islamitische Maleisië. Anwar kan bij een veroordeling maximaal 20 jaar gevangenisstraf krijgen.
Anwar werd in 1998 in twee andere zaken veroordeeld voor corruptie en sodomie. In 2004 kwam hij in hoger beroep vrij toen hij werd vrijgesproken van sodomie. De veroordeling voor corruptie bleef echter overeind.