2010/01/21 Aanslagen op moslimgebedsruimtes in Maleisië
Bij twee islamitische gebedsruimtes in het zuiden van Maleisië zijn vandaag brandbommen naar binnen gegooid. De branden konden worden geblust voordat er veel schade was aangericht. Vermoedelijk gaat het om wraakacties van christenen. Eerder deze maand werden immers zeker twaalf christelijke kerken het doelwit van aanvallen met brandbommen.
De aanleiding voor de aanslagen op christelijke kerken vormde een uitspraak van het Maleisische hooggerechtshof dat op 31 december 2009 oordeelde dat christenen het woord 'Allah' voor God mogen gebruiken. De regering had dat juist verboden.
Inmiddels heeft de politie acht moslims gearresteerd die ervan worden verdacht op 8 januari de eerste van de reeks aanslagen te hebben gepleegd. Deze aanslag werd gepleegd op een kerk in de hoofdstad Kuala Lumpur.
De aanvallen op de kerken hebben grote ongerustheid gewekt onder de christenen, die ongeveer negen procent van de bevolking uitmaken. Moslims vormen zestig procent van de bevolking en zijn voor het merendeel etnische Maleiers. De meeste christenen daarentegen zijn van Chinese of Indiase afkomst.
De Maleisische regering wil niet dat niet-moslims het woord Allah in hun gebeden en geschriften gebruiken omdat dit tot verwarring kan leiden. Christenen wijzen er op dat het Arabische woord al gebruikt werd voor God in de periode voordat de islam ontstond. In andere islamitische landen als Egypte, Syrië en Indonesië duiden christenen God overigens ook met Allah aan.