In Maleisië is voor de vierde dag op rij een kerk aangevallen. Sinds vrijdag zijn er negen aanslagen waarvan acht met brandbommen en een met zwarte verf geweest.

De aanslagen worden gepleegd door fanatieke moslims die woedend zijn omdat ook christenen God Allah mogen noemen.

De regering had het rooms-katholieken verboden om het woord Allah te gebruiken, maar het hooggerechtshof maakte dat verbod op 31 december ongedaan.

Die uitspraak heeft onder meer tot gevolg dat een partij van tienduizend bijbels die onlangs door de regering in beslag werd genomen moet worden teruggegeven. In de Maleisische vertaling was het woord God vervangen door Allah, iets wat gangbaar is in het land.

Door het religieuze geweld dreigt de stabiliteit van Maleisië in gevaar te komen. Zestig procent van de 28 miljoen Maleisiërs is moslim, negen procent christen. Ook zijn er veel boeddhisten en hindoes.

Maleisië benadrukt tegenover diplomaten dat de situatie onder controle is. Maar de regering gaat wel in beroep tegen de uitspraak van het hooggerechtshof.