Milieudefensie (NL) beschuldigt 's werelds grootste palmoliebedrijf IOI uit Maleisië van omvangrijke illegale ontbossing, verwoestende bos- en veenbranden en verdringing van kleine boeren op West Kalimantan.

De aanleg van palmolieplantages in kwetsbare natuurgebieden schaadt de biodiversiteit en blaast extra CO2 in de lucht, stelt Milieudefensie maandag in het rapport 'Too green to be true'. De organisatie stelt dat de palmolie voor een deel naar Nederland gaat, waar het vooral terechtkomt in biobrandstof.

De vraag naar palmolie groeit omdat de EU het bijmengen van brandstoffen verplicht stelt. "Het is de hoogste tijd dat de politiek stopt met het aanjagen van palmolie als zogenaamd groene brandstof voor auto's", zegt Geert Ritsema van Milieudefensie. "De Nederlandse en Europese politiek blijven geloven dat de productie van palmolie op termijn vanzelf wel duurzaam wordt. Keer op keer blijkt dit niet zo te werken."

De milieuorganisatie hekelt een uitgelekt EU-document waaruit blijkt dat Brussel de palmolieplantages net zo hoog waardeert als tropische bossen. "Daardoor zouden palmoliebedrijven zomaar eeuwenoude oerbossen mogen kappen voor oliepalmen, met enorme toename van de uitstoot van broeikasgassen tot gevolg", aldus Ritsema.

Europarlementariër Bas Eickhout (GroenLinks) vraagt maandag in een debat om EU-regels waardoor biobrandstoffen niet mogen leiden tot meer CO2-uitstoot dat gewone energie.