- 1996/04/24 Maleisië pronkt graag met zelfverworven welvaart

Maleisië houdt sinds kort een prestigieus record: in Kuala Lumpur staat het hoogste gebouw ter wereld. Deze Petronas-torens staan nu symbool voor de imposante economische groei die het land al jaren achtereen doormaakt. Maar de snelle vooruitgang gaat niet zonder stuipen. Critici hebben al een 'Mexico-scenario' gereed voor het land van de ambitieuze en eigenzinnige premier Mahathir Mohamad. Maar volgens de optimisten maakt het land "gewoon een fase door waar elke snel groeiende ontwikkelingseconomie doorheen moet".

De groene grasmat van de Selangor Turf Club is niet meer. Een van Maleisië's meest prestigieuze verenigingen heeft haar clubhuis en sportvelden een paar jaar geleden moeten verhuizen naar een locatie elders in Kuala Lumpur om plaats te maken voor een nog indrukwekkender project. In het hart van de Maleisische hoofdstad verrijst op bijna 1,7 miljoen vierkante meter een nieuwe stad, binnen de bestaande stad, met kantoortorens, hotels, theaters, woningen en winkelcentra.

Wie wil weten hoe de bouw van dit Kuala Lumpur City Centre vordert, hoeft maar omhoog te kijken om een antwoord te krijgen. Sinds kort krabben twee torens, elk 451,9 meter hoog, aan de heiige bewolking die dagelijks boven de Maleisische hoofdstad hangt. Onlangs onttroonden deze Petronas-torens, genoemd naar de Maleisische staatsoliemaatschappij die in een van de twee torens zijn hoofdkantoor zal vestigen, de Sears Towers in Chicago als hoogste gebouw ter wereld. De torens zijn 88 verdiepingen hoog; wie begin volgend jaar, als het gebouw in gebruik wordt genomen, de lift neemt doet er iets minder dan drie minuten over om de hoogste verdieping te bereiken. De spitse torens, die als een moderne kathedraal uit de skyline van Kuala Lumpur omhoog steken en van kilometers ver te zien zijn, symboliseren Maleisië's economische groei die dit decennium tot nu toe jaarlijks meer dan acht procent bedroeg.

"Met de bouw van deze torens laten we zien wat de Maleisische industrie kan. De wereld kan hieruit afleiden dat dit land hard op weg is de status van geïndustrialiseerde natie te veroveren", zegt Abdul Rahim Naim, die aan het hoofd staat van de bouw van de Petronas-torens. De symboliek gaat voor sommige economen en architecten zelfs verder: het feit dat het hoogste gebouw ter wereld op dit moment in Azië staat, geeft aan dat daar nu het zwaartepunt van de wereldeconomie ligt.

Afgaand op het aantal wolkenkrabbers dat in deze explosief groeiende economieën verrijst, blijft dat voorlopig ook wel zo. De Petronas-torens raken hun titel waarschijnlijk in 1997 kwijt, als in het zuidwesten van China de Chong-Qing toren (460 meter) klaar is. Weer een jaar later, in 1998, zal in Hongkong de Nina toren worden geopend die nog eens honderd meter hoger zal zijn. Maar de wolkenkrabber die uiteindelijk alles overtreft moet Tokio's Millenium Toren worden: een Japanse stad in de wolken, 300 verdiepingen hoog, met appartementen, kantoren, hotels en theaters voor honderdduizend mensen.

"Maleisië pronkt graag met zijn zelfverworven welvaart. Een wolkenkrabber is een teken van macht en kracht. En onderling willen de landen in deze regio elkaar steeds aftroeven om de hoogste te zijn, want alleen die titel telt natuurlijk", zegt de Amerikaanse architect David Harbord, die veel in Azië werkt. "Banken, verzekeringsmaatschappijen, hotels, alle bedrijven die ze eerder in Noord-Amerika lieten bouwen, zetten nu hun torens in Azië neer. En die verschuiving geeft duidelijk aan dat het economisch zwaartepunt is opgeschoven van het westen naar het oosten", aldus Harbord. Hoewel de Maleisische economie minder ver gevorderd is dan die van landen als Singapore, Hongkong, Taiwan of Zuid-Korea, smaken de bijna 20 miljoen inwoners van het land via de Petronas-torens wel het genoegen de prestigieuze titel 'hoogste ter wereld' direct van de Amerikanen te hebben gekaapt.

Helemaal vlekkeloos ging dat overigens niet. Het bereiken van de nieuwe status bleek voor de Maleisiërs in de praktijk heel wat moeilijker dan gedacht. De eerste jaren van de bouw van de Petronas-torens verliep alles nog volgens schema, maar vorig jaar begon de tegenslag, vooral toen de 'brug' tussen de twee gebouwen moest worden aangebracht. Dit 325 ton zware gevaarte van bijna 60 meter lengte verbindt de 41ste en 42ste verdieping van beide torens met elkaar. Toen het naar zijn plek werd gehesen, bleek dat een van de twee torens niet helemaal waterpas stond. Cynisch schreef men in de commentaren dat ook deze Aziatische variant van de toren van Pisa een symbolische betekenis had: het project werd omschreven als 'te ambitieus' voor Maleisië. Volgens critici ging het om een geforceerd streven van de Maleisische president, Mahathir Mohamad, naar internationale erkenning, zonder voldoende gedegen vooronderzoek naar bijvoorbeeld de ondergrond waarop de torens staan. Die zou, zo meldde een studie, voor een groot deel uit kalksteengrotten bestaan, waarmee de verzakking verklaard was. Al die geruchten over verwaarloosde veiligheid en scheefgroei ergerden Mahathir in ernstige mate. "Dit is normaal, en het moet niet als probleem gezien worden".

"Waarom waren deze verslagen in de pers over de constructie van wolkenkrabbers er niet toen dit soort torens in de Verenigde Staten werden neergezet? Daar gebeurde precies hetzelfde hoor", zei hij. Maar het kwaad was al geschied. De wereld der deskundigen trok de conclusie dat Maleisië op een keerpunt in zijn geschiedenis was aangeland, een moment dat elk zich snel ontwikkelend land in zijn explosieve dadendrang tegenkomt. De rappe economische groei heeft de regering van Mahathir verleid tot grote uitgaven aan aansprekende projecten als die van de Petronas-torens. De ambitie van de 70-jarige premier was zelfs zo groot dat hij de bijnaam de 'Mitterrand van Azië' verwierf. Net zo als de Franse president in zijn tijd Parijs ver- en volbouwde, werd Kuala Lumpur onder Mahathirs leiding de afgelopen jaren volgezet met imposante torens en bouwwerken.

In de veertien jaar dat Mahathir nu leiding geeft aan zijn land, groeide Maleisië uit van een land dat leefde van de opbrengsten uit palmolie, rubber en tin tot een van de snelst groeiende economieën van het Verre Oosten. De hoofdstad Kuala Lumpur kreeg een indrukwekkend nieuw uiterlijk, maar dat is nog niet genoeg. Intussen wordt op veertig kilometer ten zuiden van de huidige hoofdstad alweer een nieuwe hoofdstad gebouwd. Deze stad, die Putrajaya zal heten en 20 miljard ringgit (12,5 miljard gulden) zal kosten, moet het centrum worden van het Maleisië van de 21ste eeuw volgens Mahathir's 'Vision 2020'. In dat jaar moeten Kuala Lumpur en Putrajaya samen met een nieuw vliegveld, dat de komende jaren zal worden gebouwd, een magische driehoek vormen. Een 'mega-stad' heeft Mahathir het al genoemd. Met de afronding van dat project wil hij Maleisië definitief laten toetreden tot het gezelschap der ontwikkelde landen, de nieuwe gendustrialiseerde naties van de wereld.

Maar die ambities en alle werkzaamheden die daarmee gepaard gaan kosten miljarden dollars. En niet alleen dat, ze zorgden voor nog eens miljarden dollars aan import van goederen die de export van Maleisische goederen ver overstijgt. Daardoor gaat de inflatie snel omhoog en wordt Maleisië zo duur dat er al buitenlandse bedrijven zijn die uitwijken naar goedkopere landen in de regio. Om deze problemen te bestrijden heeft Mahathir's regering zoveel mogelijk bouwprojecten geprivatiseerd en uitbesteed aan Maleisische bedrijven, al wil dat nog niet zeggen dat alle bouwwerk de overheid niets kost.

Zo zijn de Petronas-torens voor een groot deel afhankelijk en in bezit van de gelijknamige staatsoliemaatschappij en komt een aanzienlijk deel van de investeringen in Putrajaya uit het zogeheten 'Employee Provident Fund', het nationale pensioenfonds. Al die verbanden hebben steeds meer analisten ervan overtuigd dat Maleisië gevaar loopt. De grootste pessimisten reppen zelfs van een tweede Mexico-crisis, maar dat lijkt wat overdreven. Volgens een recent rapport van de Asian Development Bank (ADB) hoeven de Aziatische economieën in het algemeen niet bang te zijn voor een financiële crisis zoals in Mexico.

"De fundamenten onder de economieën zijn hier veel solider en de economische groei is al langer bezig dan in Latijns-Amerika", meldt de Amerikaanse econoom Malcolm Dowling in het rapport 'Asian Development Outlook'. Toch is er in Maleisië sprake van een aanzienlijk tekort op de betalingsbalans en de verwachting is dat dat alleen maar zal groeien, zolang het land veel meer geld uitgeeft aan de import van goederen en diensten dan het bij elkaar verdient aan de export van in eigen land gefabriceerde zaken. In 1994 bedroeg het tekort nog 10,99 miljard ringgit, in 1995 is dat bedrag bijna verdubbeld tot 18,1 miljard ringgit. Voor dit jaar verwacht de regering een lichte daling, maar sommige analisten hebben die voorspelling al in twijfel getrokken en gaan uit van een verdere stijging van het tekort tot ruim 20 miljard ringgit.

Maleisië is overigens niet het enige land in booming Zuidoost-Azië dat deze problemen heeft. Ook Thailand en Indonesië kennen grote tekorten op hun betalingsbalans. "Dit zijn typische kenmerken van markten die een paar jaar geleden zijn geliberaliseerd om te zorgen voor meer efficiëntie en competitie. Nu er sprake is van een overschot aan buitenlandse investeringen en import die de eigen economie in gevaar brengen, zie je steeds meer regeringen maatregelen nemen", zegt Kalimullah Hassan, economisch consultant in Kuala Lumpur. Hij wijst op recente regelingen die de Maleisische regering doorvoerde. Eén daarvan was dat alle staatmaatschappijen en de hele private sector moesten uitzoeken in hoeverre er Maleisische bedrijven betrokken waren bij hun projecten. Doel was zoveel mogelijk 'eigen' bedrijven bij de projecten te betrekken om zo het handelstekort te verkleinen.

"Natuurlijk zal dit leiden tot geklaag bij sommigen die menen dat wij importquota's opleggen", onderkende premier Mahathir meteen. "Maar als we niets doen in die richting, houden we een tekort, en zullen diezelfde mensen straks weer klagen dat we onze economie niet goed managen." Vanuit het internationale bedrijfsleven is er inderdaad nogal wat kritiek gekomen op deze maatregelen. Importheffingen schrikken buitenlandse investeerders af. Maar vooralsnog is het niet tot een grote vlucht uit Maleisië gekomen.

De langetermijnanalisten zien minder problemen. "Dit is een typisch voorbeeld van iets wat je in meer landen in deze regio zal zien. Op een gegeven moment gaat het zo hard met de groei dat iedereen plotseling begint te roepen: pas op, de economie raakt oververhit. Maar in Maleisië zal het zo'n vaart niet lopen", zegt analist Alan Davies van Paribas in Singapore.

De Brit wijst er op dat het handelstekort op de Maleisische balans voor een relatief groot deel afhankelijk is van de koers van de Japanse yen, omdat veel Japanse bedrijven in Maleisië hebben geïnvesteerd. "Zolang de koers van de yen blijft dalen, en dat wordt alom wel verwacht, heeft dat een gunstige uitwerking op het Maleisische tekort", aldus Davies. Hij wordt een beetje moe, zegt hij, van alle verhalen dat van teveel goeds op den duur iets slechts komt in Maleisië. "Al die mensen die bang zijn voor Mexico-achtige toestanden hier, vertel ik altijd weer dat ik liever in een oververhitte economie zit, dan in eentje die helemaal niet groeit", lacht de Brit. Die zonnige visie kan de zorg bij veel economen en investeerders niet geheel wegnemen. Toen Bank Negara, de centrale bank van Maleisië, eind maart haar jaarverslag presenteerde en daarin melding maakte van een verwachte economische groei van 8,3 procent, kwamen de angstige gevoelens weer naar buiten.

Vooral de groei in het laatste kwartaal van vorig jaar, die 9,2 procent bedroeg, baart sommigen zorgen. De Aziatische vestigingen van gerenommeerde banken als Barclays de Zoete Wedd en First Boston waarschuwden hun klanten in analyses van de Maleisische economie voor oververhitting en raden beleggers aan hun Maleisische aandelen te verkopen. Het heeft nog niet geleid tot paniekreacties. Ook niet bij Mahathir Mohamad. In reactie op alle waarschuwingen uit de financiële wereld zei de Maleisische premier dat terugdringing van de economische groei niet het antwoord is op een mogelijk gevaar voor oververhitting. "Landen waar de economie maar heel langzaam groeit, hebben immers soortgelijke problemen met hun betalingsbalans", zei Mahathir.

Hij pleit derhalve voor een voortgang van het huidige economische beleid, met hier en daar wat aanpassingen in de vorm van importrestricties. De explosieve groei van de Maleisische economie moet volgens Mahathir er uiteindelijk toe leiden dat zijn land in 2020 tot de ontwikkelde naties van deze wereld behoort. De nu 70-jarige leider zal dat zelf waarschijnlijk niet meer meemaken, maar hij is ervan overtuigd dat het zijn land gaat lukken. En om ervoor te zorgen dat ook zijn volk overtuigd blijft, herhaalt hij dezer dagen veelvuldig een uitspraak van een jaar geleden tijdens zijn verkiezingscampagne. "De kinderen die vandaag in dit land geboren worden, behoren tot de laatste generatie Maleisiërs in de geschiedenis die zich burgers van een ontwikkelingsland kunnen noemen"
-

Recente nieuwsberichten:

•  2016/01/14 Zoekoperatie naar MH370 stuit op scheepswrak 19e eeuw
•  2016/01/13 Voor het eerst overleg religieuze leiders in Maleisië
•  2016/01/13 Discussie over borstvoeding bereikt ook Maleisië
•  2016/01/08 Verwanten vermiste MH370 passagiers: Ze leven nog!
•  2016/01/06 Malaysia Airlines vliegt zonder bagage wegens tegenwind
•  2016/01/05 Koenders wil snel besluit over vervolging MH17-verdachten
•  2016/01/04 Zo'n twintig Russen weten wie BUK-raket op MH17 afschoot
•  2016/01/01 Maleisië: Israëlische zeilers bestaan niet op WK jeugd
•  2015/12/25 Circuit van Sepang dicht voor groot onderhoud
•  2015/12/24 Sultan van Brunei verbiedt Kerstmis
•  2015/12/24 Maleisië: ex-baas zedenpolitie de cel in om verkrachting

•  Eerder gepubliceerde berichten uit 1996
•  Links naar het nieuwsarchief